In deze paragraaf geven we aan op welke wijze Surplus omgaat met de stakeholders.

9.2.1 Externe toezichthoudende instanties

De belangrijkste externe toezichthouders van Surplus zijn de gemeenten en de Inspectie van het Onderwijs. Met de gemeenten hadden we in 2015 overleg over de begroting, de jaarrekening, fusies van scholen en de doordecentralisatie van het buitenonderhoud van schoolgebouwen.
De Inspectie van het Onderwijs heeft jaarlijks overleg met het schoolbestuur Surplus over alle scholen. Deze hadden in 2015 allemaal een basisarrangement van de inspectie. Dat betekent dat zij eens in de vier jaar een kwaliteitscontrole krijgen.

9.2.2 Raad van Toezicht

De Raad van Toezicht heeft haar eigen verslag toegevoegd aan dit jaarrapport: zie 10.5.6. Een overzicht van de aan de RvT aangeboden stukken vindt u in de bijlagen.

9.2.3 Code Goed Bestuur

Goed bestuur is een belangrijke voorwaarde voor het verbeteren van de onderwijskwaliteit. Daarom hebben de leden van de PO-Raad de Code Goed bestuur ontwikkeld en vastgesteld. Als lid van de PO-Raad onderschrijft Surplus deze code. De bestuurder en de Raad van Toezicht van Surplus toetsen de bestuurlijke inrichting en het bestuurlijk functioneren aan de principes van de code. De code is een leidraad bij keuzes voor inrichting en gedrag binnen de eigen organisatie.
De code is toegepast in 2015. De Raad van Toezicht heeft op enkele belangrijke dossiers zelf een onafhankelijke adviseur ingeschakeld. Het gaat daarbij om de samenwerking met Stichting Kopwerk en de afbouw van obs De Dentele.